Voorleesverhaal 'Het is herfst'

Het verhaal over de herfst

De beertjes komen in de klas waar Beer Juf al klaarzit. In de klas staat een grote tafel en alle beertjes vragen zich af waar die voor is. Dan komt Beertje Strik in de klas en vraagt: ‘Waar is die tafel voor, juf?’ Beer Juf zegt: ‘Goedemorgen beertjes. Ga allemaal eerst maar zitten dan, vertel ik het als iedereen er is.’ ‘O ja sorry, goedemorgen Beer Juf’, zegt Beertje Strik en ze gaat snel zitten. Alle beertjes zijn nieuwsgierig en als ze zitten zijn ze gelijk stil om te horen wat Beer Juf te vertellen heeft.

----

Beer Juf begint te vertellen: ‘Het is herfst geworden en zoals jullie misschien al gemerkt hebben waait het en regent het nu meer. De zomer is voorbij en de natuur gaat zich voorbereiden op de winter. De bladeren vallen van de bomen en de dieren zoeken voedsel voor de winter. En wij gaan een mooie herfsttafel maken. We gaan nu naar buiten om zoveel mogelijk mooie en gekleurde bladeren te zoeken en die leggen we op de tafel.’ ‘Hoera, hoera,’ roepen de beertjes, ‘we gaan naar buiten!’

----

Buiten maken ze een kleine wandeling en de beertjes komen steeds met mooie bladeren naar Beer Juf. ‘Ja, die is mooi en die’, zegt Beer Juf en ze doet alle bladeren in een mand tot deze vol is. De blaadjes die de beertjes dan nog vinden houden ze zelf vast en zo gaan ze weer naar de klas. In de klas worden alle blaadjes op de herfsttafel gelegd. Beer Juf zegt: ‘Verdeel ze goed, ik wil geen tafelblad meer zien.’ De beertjes gaan hard aan het werk en na enige tijd is alles bedekt met de bladeren.

----

Dan heeft Beer Juf mooie kleurplaten van de herfst en zegt: ‘Deze kleurplaten mogen jullie nu kleuren en thuis afmaken. Alles wat er op de tekening staat mag je ook meenemen voor op de herfsttafel. Dan wordt de tafel steeds mooier. Ik leg als voorbeeld mijn paraplu op de tafel, want het kan vaak flink regenen in de herfst.’

----

Wat jullie nog kunnen zoeken en meenemen zijn paddenstoelen, eikels, kastanjes, nootjes, pompoenen of mais. Als je nog iets anders weet wat met de herfst te maken heeft, mag dat ook.’ Dan gaat de bel. ‘Tot morgen allemaal’, zegt Beer Juf en de beertjes gaan naar huis.

----

De volgende dag brengen Beertje Anders en Beertje Bruin samen een kar vol met pompoenen mee naar school. Er zit een grote pompoen in en een heleboel kleintjes. Ook hebben ze een maiskolf gevonden. ‘Dit is allemaal voor de herfsttafel,’ Beer Juf, zegt Beertje Bruin, ‘we hebben het van Beer Groen gekregen. Zijn hele tuin staat vol met pompoenen.’ ‘Wat mooi! Zet maar op de herfsttafel, beertjes’, zegt Beer Juf.

----

Dan komen Beertje Strik en Beertje Smal met allemaal eikeltjes en kastanjes. ‘Gevonden in het bos, juf’, zegt Beertje Strik. ‘Leg ze maar op de tafel’, zegt Beer Juf. 

----
Beertje Dik en Beertje Rond komen met allerlei mooie paddenstoelen. ‘Deze is giftig’, zegt Beertje Rond. ‘Deze kun je eten’, zegt Beertje Dik.

‘Heel mooi’, zegt Beer Juf. ‘Vooral die rode paddenstoel met witte stippen. Zet ze maar op de herfsttafel.

----

Zo komen alle beertjes binnen met iets voor de herfsttafel en wordt de tafel steeds mooier. Beertje Bril komt met een mooi boek over de herfst. Beertje Lief heeft een spin en een spinnenweb, wel nep natuurlijk. Beertje Stil komt met een mooie tekening over de herfst.

----

‘Wauwie’, zegt Beer Juf. ‘Wat is de herfsttafel mooi geworden, geweldig die kleuren. Het is nu ook herfst in onze klas. Dan ga ik jullie nu vertellen waarom de bladeren en de nootjes van de bomen vallen, de paddenstoelen groeien en de dieren zich voorbereiden op de winter.’

Een les over de herfst, in de herfst en met mooie herfstversiering op de herfsttafel.

----
Einde.